Madeliefje
Synoniemen: meizoentje, koeienbloem, schapebloem, mariabloempje, bellis, witte ganzenbloem, margeriet, kransje, fennebloem, meliefke, landjesbloem
Wetenschappelijke naam: Bellis perennis L.
Familie: Composieten (Asteracea)
Land van herkomst
De verspreiding van het madeliefje strekt zich uit over alle continenten.
Bestanddelen
Saponinen, looistoffen, bitterstoffen, flavonoïden, anthoxanthine en etherische olie
Omschrijving
Wie kent er niet het madeliefje, uit de talrijke liedjes en rijmpjes uit zijn kindertijd, of heeft er geen kransje van gevlochten? De vlak boven de grond groeiende bladrozet van het madeliefje is zo onopvallend dat hij meestal over het hoofd wordt gezien. Pas als de bloeiende hoofdjes zich naar de zon keren valt het betoverende plantje echt op. Elk hoofdje is, met zijn stralend witte, aan de onderkant meestal roodachtig verkleurende straalbloemen en het gele hartje, de aantrekkelijkheid zelf. 's Nachts of bij regen gaan de kelkbladeren beschermend om de bloesemblaadjes liggen en houdt het madeliefje zijn hoofdje gebogen. Op alle weiden en plekken met gras bloeit het madeliefje, van de eerste voorjaarsdagen tot ver in de late herfst, dus bijna het hele jaar door. Amper is de wei vrij van sneeuw of het madeliefje komt al op en doet ons een plezier met zijn verschijning.
Wetenswaardigheden
De Germaanse stammen in het nevelige noorden kregen het heldere blauw van de hemel niet al te vaak te zien. Met het openen van zijn bloesems kondigde het madeliefje hen de aanwezigheid van de zonnegod Baldur aan. Ze gaven hem de naam Baldur's oog of Baldur's wenkbrauw, en ook de volks-namen 'ogenbloempje' of 'zonnebloempje' verwijzen naar deze associatie. De bloem uit de tovertuin van Freya bloeit onversaagd bijna het hele jaar door. Alleen bij nacht en slecht weer houdt de madelief zijn bloemen stevig gesloten. Het kleine aandoenlijke plantje, dat bij onze voorvaderen heilig was, is ook bij kinderen bijzonder geliefd. Enthousiast maken ze er vlechten van, of kleine kransjes. In de bloemenspraak van de middeleeuwen konden goden en bovenzinnelijke machten worden aangeduid door een plant. Zo was het bescheiden plantje bij de Kelten gewijd aan de Heilige Margaretha en hoorde als bloem van de patroonheilige van de boeren bij het gewone volk. Pas later kwam de onvermoede roem, toen de madelief door de Franse koning Lodewijk IX (1214-1270), samen met de lelie, in zijn wapen werd opgenomen. In dat verband liet hij een ring maken met een gevlochten krans van bloesems.
De plant op een andere manier bekeken
Het madeliefje heeft een uitgesproken regeneratiekracht, die zich vooral zichtbaar manifesteert in de bladeren. Het hele jaar door worden nieuwe bladeren gevormd. Zijn taaiheid en veerkracht bewijst het kleine plantje op wegen en grasvelden; zelfs dat er voortdurend over gelopen wordt, wordt goed verdra-gen. Bij de mens zetelt een dergelijke uitgesproken regenera-tiekracht in de lever. Misschien is deze associatie wel de reden dat madeliefjes al in vroeger tijden bekend stonden als goed voor de lever. De stevig op de grond liggende bladrozet drukt de rechtstreekse verbondenheid van het madeliefje met de aarde uit en is een aanwijzing voor de rijkdom aan mineralen. Als composiet stimuleert het madeliefje het warmteproces in het bloedgebied, stimuleert de werking van de nieren, intensi-veert de stofwisseling en daarmee de ontslakking van het organisme.
De planten in onze producten
Bij de Dr. Hauschka Cosmetica komt het madeliefje voor in: